Verslag van een boeiende voordracht.
Klik op een afbeelding voor een grotere weergave.
De 15de Herman Heyse lezing was een schot in de roos.
Op uitnodiging van het Reynaertgenootschap en de Heemkring d'Euzie van Stekene, was Rudi Malfliet die avond gastspreker. Hij koos als onderwerp ‘De wereld van Willem die Madocke maecte. Historische verkenningen rondom Boudelo, Gent en Hulst. 1200-1260’.
Rudi Malfliet is kernfysicus, geboren in St-Niklaas en woont nu in Klein-Sinaai. Niet zo vanzelfsprekend voor een kernfysicus met wereldfaam, om ook nog ons middeleeuwse epos met 'protonen' te beschieten. Doch leek hij beide goed gescheiden te kunnen houden.
Rudi Malfliet is ook historicus en bijzonder onderlegd over
de periode waarin de Reinaert geschreven werd. Door de reinaertvorsers werd
met enig argwaan, een afwachtende houding aangenomen.
Het station in Stekene was deze avond zeker te klein, wie te laat kwam, mocht
achteraan aan de ingang postvatten. In de toekomst zal hier een oplossing voor
moeten gezorgd worden, of de kroon van Nobel komt in gevaar.
Zodra de spreker aanving, werd het in de zaal heel stil, hij
zorgde immers voor de ene na de andere verassing. Heel zijn betoog steunde op
de echtheid van het verhaal. Aan de hand van enkele voorbeelden wilde hij ons
laten zien dat het gebruik van namen en plaatsnamen niet toevallig in het verhaal
komen, maar logisch gebonden zijn aan historische gebeurtenissen.
De spreker wees naar de tekst waarin Willem dat ook nadrukkelijk vermeld had.
Een werkwijze die nooit eerder door literaire vorsers gevolgd werd.
Het werd een ware ontdekkingsreis. Om dit alles te begrijpen, bracht de spreker
ons naar de middeleeuwen, in die woestinne aan de monding van de schelde, de
strijd tussen land en water, tussen Vlaanderen en Holland, Frankrijk en Engeland,
tussen handel en ambacht, adel en burgers, een tijd waar het klimaat warmer
werd en dus kwaliteit van het leven verbeterde, en dus tevens de groeitijd was
van onze steden. Deze steden moesten zichzelf meer reguleren en organiseren,
en werden daardoor volwaardige spelers op het schaakbord, van list en macht.
In die zelfde periode ontdekte men het werk van Aristoteles, dat voor een echte
renaissance zorgde, sterker dan degene die wij kennen uit geschiedenis boekjes
van de 16 de eeuw. Sinds het concilie van 1215 werd ieder parochiekerk verplicht,
onderwijs in te richten, een verruiming ten opzichte van de kloosters. We waren
getuigen van de kloosters 'Ten Duinen' en 'Ter Doest' die hier polders kwamen
indijken, en hectaren in cultuur brachten. Een reden ook waarom hun belangen
meer in Holland lagen dan in Vlaanderen. Waarom wordt Absdale vernoemd in het
reinaert epos, wat gebeurde er in het dal van de abt?? Dat er zo rare en lelijke
wezens rondliepen, was niet toevallig, want in de nabijheid, in de Clinge, was
een leprozerie. Net zoals het in de ‘Roman de Renart’ voorkomt, maar dan in
Saint-Gilles, in de buurt van Avignon.
De strijd ook in Gent, die vurige stede, waar de wol zo belangrijk werd dat
ze rood kleurde van het bloed, zoals Ferrand van Portugal die zijn steun aan
Gent zwaar moest inboeten, als gevangene naar Parijs gevoerd werd en daar te
schande werd gesteld, in open wagens tot spotternij van de parijzenaars.
We reisden mee als huursoldaat naar Montpellier, en weten we nu ook waarom de
albigenzen katharen worden genoemd.
We waren getuige van de discussie tussen Bernard Van Clervaux en Abelard, over
de zwaarte en de intentie van de zonde. Abelard die het pleit verloor wat het
einde betekende van een mooie carriere.
We werden schattenjagers, de schat van de Duitse koning Hendrik, die verdween
na zijn dood. Hij had eerder het Normandische Sicilië veroverd en de plaatselijke
schat meegenomen. Hij had ook koning Richard Leeuwenhart gegijzeld en een groot
losgeld gekregen van Eleonore van Aquitanië, de machtigste vrouw in die tijd
. Een schat die zo groot was dat men er Londen mee kon kopen. Een schat waarvoor
zeven wagens nodig waren. Toen wij eindelijk ook te weten zouden komen waar
die schat zich nu bevond, maakte de spreker zich kenbaar als een trawant van
Reinaert, en liet ons groeten, vanwege "die sluwe vos met de grijzen baarde",
alsof het een reinaertstreek was. We waren dringend toe aan een Reinaertbier.